Covid-19 of Corona verandert veel aspecten van het leven en heeft ook een grote impact op het mobiliteitsaanbod. Er zijn veel winnaars in deze sector, maar evenveel verliezers. Tijdens de pandemie gebruiken mensen liever hun eigen auto dan dat ze met het openbaar vervoer, de trein of het vliegtuig reizen. Als alternatief kun je, in ieder geval in de grote steden, nog steeds op de fiets of te voet gaan.
Velen lopen
Volgens een enquête loopt 39 procent van de Duitsers tijdens de Coronacrisis meer dan voorheen. 33 procent reist vaker met de fiets en 32 procent gebruikt nu meer de eigen auto dan het openbaar vervoer. De helft van de ondervraagden vermijdt vliegen indien mogelijk, en een kwart vermijdt zelfs helemaal niet. 14 procent neemt de bus niet meer en 13 procent neemt de trein niet meer. Het milieu is zeker een winnaar in tijden van pandemie, maar niet overal.
De grote verschillen
De verschillen tussen winnaars en verliezers op het gebied van mobiliteit tijdens de Coronacrisis worden pas op het tweede gezicht duidelijk. Terwijl de binnensteden van metropolen als Berlijn, München of Hamburg meer voetgangers hebben, wordt er op het platteland aanzienlijk meer auto gereden. Als je de supermarkt niet om de hoek hebt, moet je de auto uit de garage halen en naar de winkels rijden. In veel plattelandsgebieden is het soms tien of meer kilometer naar de dichtstbijzijnde supermarkt en is het niet eenvoudig om er met de fiets of te voet te komen.
De angst voor het virus
Het is duidelijk dat het openbaar vervoer minder passagiers heeft, omdat veel mensen bang zijn om het virus op te lopen. In plaats daarvan pakken ze zelfs voor korte ritjes de auto, wat niet noodzakelijkerwijs zorgt voor schone lucht in de binnensteden. De auto biedt echter een betrouwbare bescherming tegen infectie.