Elektrische auto’s zetten klassieke voorouders aan de zijlijn – een keerpunt in Genève

Na jaren als muurbloempjes te hebben gediend, staan ​​de nieuwe producten met elektrische aandrijving op de Autosalon van Genève op één lijn met hun klassieke benzine- of dieselverbrandende voorouders. Tenminste als het om het aantal exposities gaat.

Genève in de lente, de Mont Blanc draagt ​​zijn sneeuwmuts, de eerste verwarmende stralen verslaan de stervende winter. Zoals altijd begin maart zijn de parkeerplaatsen op het nabijgelegen vliegveld gevuld met privéjets, donkere limousines scheppen menigten in pak dragende managers, journalisten en toeschouwers naar de ingangen van de grote beurshallen. De autowereld komt bijeen voor de eerste vakbeurs van het jaar op Europese bodem, de Autosalon van Genève markeert de start van het nieuwe autojaar. Mooiere, snellere en krachtigere auto’s van allerlei aard zouden de bedrijfswinsten de komende maanden moeten blijven stimuleren en aandeelhouders blij moeten maken.

Voor het eerst is het aantal nieuwe elektrische auto's dat wordt geïntroduceerd vergelijkbaar met dat van de klassiekers, hier de elektrische versie van de Peugeot 208, die ook zijn debuut maakt als verbrandingsmotor

Zo is het de afgelopen decennia gegaan. En nu is alles compleet anders dit jaar 2019, dat wellicht later de boeken zal ingaan als een laatste keerpunt in de geschiedenis van de traditionele vakbeurs. Natuurlijk zweven de constante onderwerpen van strafheffingen, Brexit, diesel en de dreigende verkeersinstorting door de gangen. Het zijn allemaal mijnenvelden die de hoofden van de exposerende gezelschappen zorgvuldig vermijden als ze op de premièrepodia verschijnen. Er zijn altijd crises als deze geweest. Veel belangrijker en gedenkwaardiger is echter het keerpunt dat de Salon van Genève dit jaar vertegenwoordigt.

De oude autowereld met glimmend verchroomde vijfmeterschepen, krachtige achtcilindermotoren en ultraplatte raketten voor de linkerbaan is op zijn retour. Natuurlijk zijn ze er nog, de Bugatti, Lamborghini en Bentley, die op kleine bordjes efficiëntieklasse G moeten toegeven, de ergste van allemaal. De dinosaurussen worden geflankeerd door kleine series sportwagens van relatief onbekende fabrikanten zoals Pagani (562 kW/765 pk voor een roadster genaamd Huayra) of Zenvo met de middenmotorgigant TSR (866 kW/1177 pk). Net als vele anderen vonden beiden ruimte dankzij prominente afwijzingen van gerenommeerde fabrikanten als Ford, Opel en Jaguar, wier lege gaten moesten worden opgevuld.

Kleine bedrijven combineren plezier met groene reden, zoals Hispano Suiza met Carmen. Twee elektromotoren leveren samen 750 kW/1.019 pk

Allemaal voorbeelden van paardenkrachtgiganten die de hopeloze strijd van de auto-dinosaurussen om te overleven vertegenwoordigen. Omdat de omgeving veranderd is. De Duitse manager van een DAX-bedrijf, die niet bij naam genoemd wil worden, zegt: “Dit is geen revolutie, dit is een aardbeving.” Hiermee doelt hij op de nieuwe wereld met zijn emissievrije aandrijvingen, althans lokaal, steeds krachtigere accu's en een grotere actieradius. Voor het eerst is het aantal nieuwe elektrische auto’s dat wordt geïntroduceerd vergelijkbaar met dat van de klassieke tentoonstellingen. Fifty-fifty is bereikt en de elektrische auto’s zouden volgend jaar al in de meerderheid kunnen zijn.

Natuurlijk zijn sommige premières nog steeds conceptcars zoals de Audi Q4 E-Tron of de elektrische minibussen zoals de Mercedes EQV (afgeleid van de V-Klasse) en VW T6. Maar de première in het echte leven is niet ergens in de toekomst, maar over een paar maanden. Batterijaangedreven versies van normale kleine auto's zoals de nieuwe Peugeot 208 worden de norm. Ook zijn er talloze zogenaamde plug-in hybrides (op te laden via een stopcontact) waarmee Mercedes, BMW en Audi hun meer bescheiden stalletjes parkeren. Elektrisch is de nieuwe olie, de schone motor van mobiliteit, die dan ook autonoom wordt.

De zorgen over wat vroeger rijplezier heette, zijn ongegrond. Omdat er kleine bedrijven zijn opgericht die plezier met groene reden hebben getrouwd. Een voorbeeld is de wedergeboorte van een lang vergeten merk. Hispano Suiza, een icoon van de machtigen en rijken in de eerste decennia van de vorige eeuw, viert een wederopstanding in Genève. Met de Carmen, die de Spaans-Zwitserse fabrikant omschrijft als een ‘elektrische Hyperlux Grand Tourer’. Twee elektromotoren leveren samen 750 kW/1.019 pk. De actieradius van de accu moet 400 kilometer bedragen, uiteraard niet als de mogelijke topsnelheid van de 4,73 meter lange tweezitter (250 km/u) uitgeput is. Prijs: 1,8 miljoen euro. Ook andere kleine start-ups willen gelijke tred houden met krachtige elektrische voertuigen, waaronder het debuut van Toni Piëch (40), de zoon van voormalig VW-baas Ferdinand Piëch. Zijn elektrische sportwagen heet Piech Mark Zero.

Na jaren als muurbloempjes te hebben gediend, staan ​​de nieuwe producten met elektrische aandrijving op de Autosalon van Genève op één lijn met hun klassieke benzine- of dieselverbrandende voorouders. Een boodschapper van de nieuwe tijd: de Piech Mark Zero

Ondanks alle zinderende hoogspanning bestaat er in Genève bezorgdheid over het voortbestaan ​​van de klassieke autoshows. Te duur voor de fabrikanten, teruglopende bezoekersaantallen en annuleringen van belangrijke merken zijn niet alleen een zorg voor beursmanagers. Vandaag al is duidelijk dat bijna twintig bekende merken dit najaar op de IAA in Frankfurt zullen ontbreken.

Totaal
0
Aandelen
Laat een bericht achter

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met * markiert

gerelateerde berichten